De Devotie tot de H. Engelbewaarder

door Mgr. Dr. Everard de Jong, hulpbisschop van Roermond

ACTUEEL

Engelen zijn ‘in’. Er wordt zelfs gesproken over een nieuwe engelenreligie.1) In elke boekwinkel is er wel een plank met boeken over deze geestelijke wezens. Vaak staan ze tussen de esoterische en New Age literatuur, zoals de boeken en tijdschriften over deva’s (goede natuurkrachten en goden in Hindoeïsme en Boeddhisme), geleidegeesten, gidsen, spiritisme en contacten met je engelbewaarder. Je zou bijna denken dat het gevaarlijk is om aan engelen te denken. Inderdaad 2) kunnen de engelen van de duisternis, de gevallen engelen oftewel de duivels zich voordoen als engelen van het licht (II Kor. 11,14), waardoor de onderscheiding der geesten, van bv. St. Ignatius van Loyola (1491-1556), 3) noodzakelijk is.

Toch werd de gedachtenis van de engelbewaarders reeds vanaf 1670 door paus Clemens X (1590-1676) over de hele wereld op 2 oktober verplicht gevierd, nadat de verering ervan flink was gegroeid, o.a. door St. François Borgia (1510-1572) met zijn Traité et pratique de la dévotion aux saints anges (1575). Het is dus geen probleem om ze aan te roepen en erop te vertrouwen. Integendeel. Ook de Catechismus van de Katholieke Kerk is er duidelijk over: engelen zijn geestelijke wezens, die God geschapen heeft voor ons heil.4) Jammer natuurlijk dat in de huidige tijd het nu net de New Age beweging en t.v. programma’s over geesten en spiritisme zijn, die de engelen weer in het bewustzijn van de gelovigen moeten terugroepen…

WAT ZEGT DE HEILIGE SCHRIFT?

In de H. Schrift komt het woord ‘engel’ vaak voor: In het oude Testament 128 keer, en in het Nieuwe Testament wel 175 maal.5) De aantallen die de H. Schrift noemt zijn ook indrukwekkend: het boek Daniël (7,10) stelt: “Duizenden duizendtallen dienden Hem en 10.000 keer honderdduizend stonden voor Hem (vgl. ook Gal. 3,19 en Hebr. 2,2-3). Ze hebben verschillende taken: ze aanbidden en bezingen God, brengen de wet, grijpen in in oorlogen, brengen boodschappen, voltrekken Gods straffen, beschermen, genezen, bevrijden, etc., etc.

In de H. Schrift komen veel soorten engelen voor. Vgl. alleen al: “Want in Hem is alles geschapen, in de hemel en op de aarde, het zichtbare en het onzichtbare, tronen en hoogheden, heerschappijen en machten. Alles is door Hem en voor Hem geschapen” (I Kol. 1,16). Deze engeltypen werden door Pseudo Dionysius de Areopagiet 6) in 9 verschillende categorieën geordend:

Bewakers van Gods troon

  • Serafijnen (dichtst bij God)
  • Cherubijnen (beschermen Gods troon en speciale mensen)
  • Tronen (symbolen van Gods gerechtigheid en autoriteit)

Hemelse bestuurders

  • Heerschappijen (sturen lagere engelen aan)
  • Machten (coördineren de bewegingen van de hemellichamen) 7)
  • Krachten (opzieners van de aarde)

Hemelse boodschappers en strijders

  • Vorsten (aangesteld over werelddelen)
  • Aartsengelen (bewaken landen en volken)
  • Engelen en beschermengelen (beschermen steden en mensen)

ENGELBEWAARDERS

Ik zal me in dit artikeltje m.n. bezighouden met de onderste laag: de engelbewaarders. H. EngelbewaarderDe kerkvaders 8) en kerkleraren 9) kennen het gebruik van het zijn toevlucht nemen tot de engelbewaarders. Ook meerdere pausen hebben het bidden tot engelen en engelbewaarders zeer aanbevolen: St. Pius X (1835-1914) vroeg de Kerk het gebed van St. Michael te bidden na de H. Eucharistieviering.

De relatie van Paus Pius XI (1857-1939) met zijn engelbewaarder begon als jongeman na het lezen van de raadgevingen van St. Bernardus van Clairvaux (1091-1153), om namelijk eerbied, liefde en vertrouwen jegens onze engelen te hebben. De paus vertelde eens aan een groep bezoekers dat hij aan het begin en het einde van elke dag zijn beschermengel aanriep. Hij voegde eraan toe dat hij dit ook in de loop van de dag dikwijls herhaalde, vooral wanneer de dingen ingewikkeld werden. Hij vertelde dat hij steeds op wonderlijke wijze de bijstand van zijn beschermengel had gevoeld. Hij voelde hem heel dikwijls vlak bij zich.

En hij beval met name bepaalde categorieën mensen aan veel tot hun engelbewaarders te bidden: diplomatieke vertegenwoordigers van de H. Stoel, missionarissen, ouders, opvoeders en padvinders, die “dikwijls alleen aan hun eigen kracht zijn overgeleverd hun weg moeten vinden en obstakels overkomen”.10) Paus Pius XI had overigens niet alleen devotie tot zijn engelbewaarder. Ook tot de engelen van kerkelijke ambten en omschreven gebieden, zoals bisdommen en landen, had hij een bijzondere devotie.

PIUS XII EN JOHANNES XXIII

Paus Pius XII (1867-1958) beval in een toespraak tot zevenhonderd Amerikaanse pelgrims op 3 oktober 1958 11) aan om steeds in een soort vertrouwelijke omgang met de beschermengelen te leven. Hij verwees naar de kleine kinderen, van wie de engelen in de hemel voortdurend het aangezicht van de Vader aanschouwen (Mt. 18,10). Hij stelde dat de beschermengel zich niet slechts richt op de bescherming van ons lichaam, maar vooral bekommerd is om de voortgang van onze ziel. Hij is een meester in ascese en mystiek. Hij kan ons tot de top van het geestelijk leven voeren.

De zalige paus Johannes XXIII (1881-1963) had ook een diepe verering voor zijn engelbewaarder en vertrouwen in zijn werking. Zo stelde hij bij het dertigjarig bestaan van Radio Vaticaan op 1 oktober 1961 dat de engelen bijzondere steun kunnen geven aan de woorden van de priesters, bisschoppen en de paus. “Mogen Gods engelen de herauten van onze stem zijn.. Mogen de engelen in ieder huis doordringen en daar zeggen hoe vol zorg wij zijn voor het tot stand komen van sociale eendracht, voor reinheid van zeden, het beoefenen van de liefde, de vrede onder alle volkeren. Mogen de engelen tenslotte de gelovigen aansporen om te bidden voor het concilie.” 12)

Later zal hij de priesters aansporen om te bidden tot de engelen om hen te helpen dagelijks aandachtig, eerbiedig en godsvruchtig het brevier te laten bidden. Ook ouders kregen van hem de opdracht om hun kinderen te laten weten dat ze nooit alleen zijn en hun te leren hoe ze vertrouwelijk met hem kunnen omgaan.13)

Vijfmaal per dag bad hij: “Engel van God, die mijn bewaarder zijt, aan wie de goddelijke goedheid mij heeft toevertrouwd, verlicht, bewaar, geleid en bestuur mij. Amen.” Een andere mooie praktijk, die hij geleerd had van Paus Pius XI, beval hij vaker aan: wanneer je met een persoon moet spreken die voor je argumenten moeilijk toegankelijk is, neem dan je toevlucht tot je beschermengel. Beveel hem je zaak aan. En vraag hem dan tussenbeide te komen bij de beschermengel van degene met wie je spreekt. Wanneer de overeenstemming van de engelbewaarders er eenmaal is, wordt het onderhoud een stuk gemakkelijker. Ook kun je de engelbewaarder van de ander vragen hem tot een helder inzicht en rustig oordeel te brengen.

HEILIGEN EN HUN ENGELBEWAARDERS

Ook veel heiligen staan bekend om hun vertrouwelijk omgang met hun engelbewaarder. Een jaar na de dood van haar zoontje Evangelista verscheen deze aan St. Francesca Romana (1384-1440), samen met de aartsengel Michael. Deze laatste bleef vanaf dat moment zichtbaar bij haar aanwezig en hielp haar de zielen van de mensen te doorgronden, voorspellingen te doen en genezingen te laten gebeuren.

De H. Petrus Canisius (1521-1597) stond bekend om het feit dat hij bij zijn diplomatieke missies, in de biechtstoel, op de kansel, tijdens zijn reizen telkens met succes een beroep deed op zijn engelen.14) Voordat hij een moeilijke wijk betrad, vroeg hij aan de engel van die wijk zijn apostolaat vruchtbaar te maken.

De heilige bisschop Franciscus van Sales (1567-1622) beval predikanten aan om vóór de preek de engelen van de toehoorders aan te spreken. Evenzo deed St. Paulus van het Kruis (1694-1775), de stichter van de Passionisten.

St. Giovanni Bosco (1815-1888) werd meerdere malen gered werd door Il Grigio, een grote grijze hond die plotseling uit het niets opdook, hem vergezelde op gevaarlijke tochten, zijn belagers verdreef, of hem de weg wees.15) De naam “de Grijze” kreeg hij van de jongens die hem ook vaker zagen. Hij merkt op dat het verlangen van onze engelbewaarder om ons te helpen veel groter is dan ons verlangen om geholpen te worden.16) Hij beval zijn jongens zeer aan hun toevlucht te nemen tot deze hemelse helpers. Zo wijdde hij de verjaardagen, de eerste dagen van de maand, en de dinsdagen toe aan de herinnering van de engelbewaarders.

St. Gemma Galgani (1878-1903) kon spreken met haar engelbewaarder en hem aanraken. Pater Germano, haar geestelijk leidsman, vertelde “…Hij liet zich aan haar zien, soms in de lucht met uitgespreide vleugels, soms met zijn handen uitgestrekt over haar, of beide handen gevouwen in gebed. Een andere keer knielde hij naast haar. Als ze mondgebed samen baden of het brevier, deden ze dat alternerend. Ze hadden een rivaliteit over wie met de meeste vurigheid ‘Viva Gesu’ of ‘Benedetto di Dio’ en andere schietgebeden kon bidden. Wanneer de tijd voor meditatie was aangebroken, inspireerde de engel haar met de mooiste ideeën, en bewoog haar affecties.”

Hij was overigens niet alleen lief tegen haar… Gemma schreef: “Hij corrigeerde me elke keer als ik iets verkeerd deed, hij leerde me om slechts weinig te spreken, en alleen als ik was aangesproken. Op een dag toen sommigen over een bepaalde persoon niet zo goed spraken, en ik me erin wilde mengen, gaf de engel me een stevige vermaning. Hij vertelde me mijn ogen neergeslagen te houden. Een keer in de Kerk verweet hij me: ‘Is dit de manier waarop je je in de tegenwoordigheid van God gedraagt?’ Een andere keer spoorde hij me aan op deze manier: ‘Als je niet goed bent, laat ik me niet meer aan je zien.’ Hij leerde me meerdere keren hoe me te gedragen in de aanwezigheid van God, d.w.z. Hem te aanbidden in zijn oneindige goedheid, zijn oneindige majesteit, zijn barmhartigheid en zal zijn attributen.”

Zo reëel was zijn aanwezigheid dat ze hem vaak op pad stuurde om dingen te regelen of te vragen bij Jezus, Maria of St. Gabriel Possenti (1838-1862). Zelfs brieven aan haar geestelijk leidsman stuurde ze vaak met hem mee. Ze hield veel van haar hemelse compagnon.17)

De heilige Pater Pio van Pietrelcina (1887-1968) heeft ook meerdere keren mensen aanbevolen met hun problemen bij hem te komen via de contacten van hun engelbewaarder met de zijne. “Stuur jouw engelbewaarder maar naar de mijne”. Vaker ontmoette hij mensen die hij dan lachend verweet dat ze hem ’s nachts uit de slaap hadden gehouden met hun vragen.18)

VAAK VOORKOMENDE ERVARINGEN MET ENGELEN

Naast de heiligen zijn er ook veel ‘gewone mensen’ die de ervaringen met engelen hebben 19) en onderzoeken. In Frankrijk kent men de grote enquêtes van Pierre Jovanovic, en Anne Bernet 20) maar ook in Nederland is er de bekende huisarts dr. Moolenburgh, die in 1982 400 patiënten ondervroeg naar engelervaringen, wat resulteerde in 2 boeken: Engelen (Ankh Hermes, 1983) Een engel op je pad (Ankh Hermes, 1991). Hij vertelt daarin veel verhalen van wonderlijke reddingen, waarbij de engel vaak verscheen als een mooie man in gewone kleren, die altijd meteen verdwenen was na redding.

Maar ook beschrijft hij bedreigende voorwerpen die een andere gang gingen dan normaal gesproken verwacht zou worden en genezingen na het verschijnen van engelen. Kinderen bleken vaak extra gevoelig te zijn, en mensen die bijna dood ervaring hebben gehad. Veel engelenervaringen traden op in oorlogen en crisissituaties…

Mooi is dat er zelfs een speciale congregatie is, die zich toelegt op de verspreiding van de verering van de engelen, het Opus Sanctorum Angelorum, dat onlangs officieel kerkelijk erkend werd.21) Kortom: vergeten we deze engelen niet! En bidden we zoals de zalige Paus Johannes XXIII dagelijks meermalen:

Engel van God, die mijn bewaarder zijt, aan wie de goddelijke Goedheid mij heeft toevertrouwd, verlicht, bewaar, geleid en bestuur mij. Amen.

* Terug

1) Vgl. Thomas Ruster, Die neue Engelreligion (Kevelaer: Buzon & Bercker, 2010)
2) Een goede theologie van de engelen vinden we bv. in: Serge-Thomas Bonino, Les Anges et les Démons. Quatorze Leçons de théologie (Paris: Parole et Silence, 2007); Benito marconcini, e.a., Angeli e Demoni. Il dramma della storia tra il bene en il male (Bologna: Edizioni Dehoniane, 2006); Een klassiek boekje over engelen, en met name engelbewaarders in de katholieke Kerk, is het nog altijd zeer leesbare Georges Huber, Gods engelen waken over ons (Lommel: Stadion, 1973). Veel van de voorbeelden van de pausen en heiligen in dit artikel komen uit dit werkje.
3) Vgl. Ignatius van Loyola, “Regels voor de onderscheiding der geesten” in zijn Geestelijke oefeningen
4) CKK, nrs. 328-336 (http://www.stvitus.nl/kkk)
7) Vgl. voor dit aansturen van hemellichamen: Tiziana Suarez-Nani, Les anges et la philosophie (Paris: Vrin, 2002)
8) Vgl. J. Daniélou, Les anges et leur mission d’après les Pères de l’Église (Paris, 1952) ; Renzo Lavatori, Gli Angeli (Genova: Marietti, 20002), pp. 51-118
9) Vgl. Steven Chase, Ewert Cousins, red. en vert., Angelic Spirituality. Medieval Perspectives on the Ways of Angels (New York : Paulist Press, 2002) ; Tiziana Suarez-Nani, Connaissance et langage des anges selon Thomas d’Aquin et Gilles de Rome (Paris : Vrin, 2002)
10) Toespraak tot de katholieke verkenners, d.d. 10-6-1923 (Discorsi Pio XI, vol. 1, p. 141)
11) Discorsi di Pio XII, vol. XX, pp. 413v.
12) Discorsi, messagi, colloqui del Santo Padre Giovanni XXIII , vol. III, p. 450
13) Discorsi, messagi, colloqui, o.c., Vol I, p. 798
14) Vgl. Benoit Sicard, Les merveilles divines opérées dans les âmes par le ministère des anges (Parijs 1870), p. 366
16) Memorie biografiche II, 264
18) Vgl. Giovanni Siena, Padre Pio. Voici l’heure des Anges (Paris: Tequi, 1999)
19) Vgl. Joan Anderson, Engelenverhalen (Deventer: Ankh Hermes, 1994)
20) Enquête sur l’existence des anges gardiens (Paris: Le Gardin des livres, 2004) ; Anne Bernet, Enquête sur les anges (Misnel-sur-lÉstrée : Perrin, 1997)