|
HULP IN HET VERKEERDinsdag 30 juli 2002: 's morgens rijd ik met de vierjarige Yannick de stad in. Na enkele boodschappen willen wij nog een poosje naar een speeltuin gaan en dan vandaaruit met de bus naar huis rijden. Maar daarvoor moeten wij bij het gemeentehuis de drukke straat oversteken. Met enige zorg zie ik dat de verkeerslichten buiten werking zijn en zeg tegen Yannick: “Nu moeten we lang wachten tot we aan de overkant zijn”. Maar tamelijk gauw stopt er een auto. Achter hem vormt zich meteen een file. Wij danken de chauffeur en lopen het zebrapad op. De zon schijnt ons recht in het gezicht en verblindt ons erg. Daardoor kan ik ook niet zien, dat een andere auto de wachtende file inhaalt en met tamelijk hoge snelheid naar het zebrapad toe raast. Verschillende getuigen zagen dit en hielden ons reeds voor verloren! Plotseling krijg ik een duw en weet meteen dat er iets ergs gebeurt. “O, mijn GOD”, is mijn laatste gedachte. Blijkbaar wordt ook mijn stevige handtas geraakt en ik word daardoor iets teruggestoten en Yannick, die ik heel vast aan de hand houd eveneens. Bij het afremmen door de “razende chauffeur” blijft het achterwiel op Yannicks voet staan! Als ik hem nog verder van de auto weg wil trekken, zie ik de vastgeklemde voet! Het lijkt me wel een eeuwigheid, voordat de auto langzaam enkele meters verder rolt. Meteen komt men ons te hulp en ik zit daarna midden in een mensenmenigte met de rustige Yannick op de arm, op een bankje dat in de buurt staat. Hier moet ik de politie mijn adresgegevens opgeven. Aan de voet van Yannick is aan de buitenkant niets te zien. Desalniettemin vraag ik de politie om ons naar het ziekenhuis te brengen, voor een röntgenfoto. Uitslag: geen breuk, maar voor de “zekerheid” krijgt hij een klein gipsverband. Hij zegt steeds weer, dat hij geen pijn had, ook niet na enkele dagen. Zeven dagen later wordt het gips weggenomen: alles is oke! Het grootste wonder: Yannick en ik hebben er geen schrammetje aan over gehouden; absoluut niets! Zelf kan ik het me niet voorstellen hoe dat is gegaan, vooral omdat we de aanrijding met de auto echt gevoeld hebben. Alleen de trouwe Engelen weten precies, op welke manier ze ons gered hebben! (Christa Sch. Dornbirn). |